Centre National d’Histoire des Sciences - Nationaal Centrum voor de Geschiedenis van Wetenschappen

Poster un message

En réponse à :

12(2)

vendredi 6 décembre 2013 par Matta

DE ZIEKTEVERSCHIJNSELEN VAN DE PEST, WAARGENOMEN TE GEETBETS IN 1629

Jacques MERTENS
Afdelingshoofd, Rijksarchief te Brugge.

Samenvatting

In het oudste register van overlijdens voor Geetbets (Brabant) vinden wij een akte die de beschrijving geeft van de verschijningsvorm en de evolutie van de pest, zoals zij in het begin van de 17de eeuw werd waargenomen. Wij publiceren deze tekst.

Résumé

Dans le plus ancien des registres paroissiaux pour Geetbets (Brabant), nous trouvons un acte de décès, qui fournit la description détaillée de l’apparition et de l’évolution de la peste, telle qu’elle se manifeste aux contemporains du début du 17ème siècle. Nous publions ce texte.

Summary

In the oldest volume of burial registration records for Geetbets (Brabant) we find an act that gives a detailed description of the appearance and evolution of plague, such as it manifested itself to the observer from the beginning of the 17th century. We publish that text.

De pest is een sterk tot de verbeelding sprekende ziekte, de plaag bij uitstek, zoals blijkt uit het Engels waar « plague » pest betekent.

Pas in de negentiende eeuw is de medische wetenschap met de ziekte beter vertrouwd geraakt, toen de pestbacil werd ontdekt en bestudeerd [22].

Het bleek dat de pest eigenlijk een ziekte van knaagdieren is, die door geinfecteerde vlooien wordt overgebracht, vooral van rat op rat, maar ook van rat op mens en van mens op mens. Men is het er nog niet over eens of alleen de vlo bij de ratten voor de overbrenging van de ziekte verantwoordelijk is. Er lijken aanwijzingen te zijn dat ook de vlo bij de mens de ziekte overbrengt [23].

De ziekte komt voor onder verschillende vormen waarvan, naargelang van de wijze waarop de besmetting gebeurde, de builenpest en de longenpest de belangrijkste zijn. De builenpest is gekenmerkt door het zwellen van de lymfeklieren, vooral in de oksels en aan de lies. De incubatietijd duurt ongeveer een week en na twee tot drie dagen sterft de zieke in de meeste gevallen (60 à 90%). Als longenpest wordt de zieke overgezet door het inademen van bacillen die de pestlijders bij het hoesten uitstoten. Longenpest is steeds dodelijk, maar komt minder voor dan builenpest.

Vaak werd de verspreiding van de pest beïnvloed door het rondtrekken van legerbenden. Dit was blijkbaar het geval met de epidemie van 1630 [24]. In onze gewesten lijken de jaren 1629 en 1630 geen opvallend sterftecijfer te kennen. C. Bruneel vermeldt de jaren noch bij de laagte- noch bij de hoogtepunten van sterfte [25] en het is duidelijk dat de pestepidemie in de Nederlanden pas in 1634- 1636 haar hoogtepunt bereikte [26].

Te Geetbets telden wij van 1633 tot en met 1636 meer dan honderdvijftig overlijdens door pest op een totaal van ongeveer 210 overlijdens m.a.w. ruim 70% van de sterfgevallen waren het gevolg van de pest. In 1629 waren er blijkbaar 9 dodelijke pestgevallen. Te Geetbets waren er in normale tijden jaarlijks ongeveer 17 overlijdens. Demografen hebben ons reeds duidelijk inzicht gegeven over de omvang van het aantal slachtoffers van de pest. Deze cijfers komen veelal uit de parochieregisters waar bij het overlijden vaak « obiit peste » genoteerd staat. De beschrijving van de symptomen, de ontwikkeling en de symptomen « post mortem » van de ziekte komen veel minder voor. Bij het verschijnen van de pest te Geetbets in 1629 staat in het oudst bewaarde parochieregister van deze gemeente, in februari 1614 begonnen door pastoor Dieudonné Martens, het ziektebeeld beschreven.

Wij geloven dat deze tekst niet zonder belang is voor de geschiedenis van de geneeskunde en geven hem hier in bijlage, samen met de vertaling ervan, uit.

In deze tekst lijkt ons waard te onderstrepen : het waarnemen van builen in oksels en lies ; het snel verloop van de ziekte met een waarschijnlijke incubatie van een week, duidelijke ziekteverschijnselen na 6 tot 7 dagen en het overlijden ’s avonds van de tweede dag na het optreden ervan.

Als symptomen vallen verder de zwarte urine en het zwarte bloed te noteren ; heelmiddelen als aderlaten of het opleggen van pompoenen blijven zonder baat. Ook worden het verschijnen van de builen en de stank als verschijnselen na overlijden gesignaleerd.

Ten slotte willen wij nog signaleren dat hier ook aan quarantaine werd gedacht (Interdicendum ei esset communitate et similia proferendo alia testabatur satis constenationationem suam).

J. MERTENS


Qui êtes-vous ?
Votre message

Pour créer des paragraphes, laissez simplement des lignes vides.

Accueil | Contact | Plan du site | | Statistiques du site | Visiteurs : 440293

Suivre la vie du site fr    ?

Site réalisé avec SPIP 3.2.19 + AHUNTSIC

Creative Commons License